De CAO Woondiensten voor de periode van 2024 – 2025 biedt een overzicht van de arbeidsvoorwaarden en afspraken die zijn gemaakt tussen werkgevers en werknemers in de woondienstensector. Op deze pagina vind je meer informatie over de wettelijke en bovenwettelijke vakantie-uren.
CAO Woondiensten | wettelijke en bovenwettelijke vakantie-uren

Een werknemer met een 36-urige werkweek heeft per kalenderjaar recht op 189,8 vakantieuren. De vakantie-uren zijn als volgt opgebouwd:
– 144 wettelijke vakantie-uren;
– 45,8 bovenwettelijke vakantie-uren;
Werknemers die zijn ingedeeld in de salarisgroepen K tot en met O hebben recht op 28,8 extra
bovenwettelijke vakantie-uren, omdat zij geen recht hebben op de vergoeding voor overwerk
en de toeslag voor werken buiten de normale werktijden van de artikelen 3.5 en 3.6 CAO.
Bovenwettelijke uren kunnen op verzoek van de werknemer en met instemming van
de werkgever worden uitbetaald.
Overgangsregeling bovenwettelijke vakantie-uren
In afwijking van artikel 7.1.1 CAO hebben werknemers die voor 1 januari 2012 in dienst zijn
getreden bij een werkgever zoals bedoeld in artikel 1.3.1 CAO en die sinds 2012 50 jaar of
ouder zijn, recht op de volgende uren:
Leeftijd | Bovenwettelijk | Wettelijk | Totaal |
---|---|---|---|
Werknemers geboren tussen 1 januari 1958 en 31 december 1962 | 50,4 | 144 | 194,4 |
Werknemers geboren tussen 1 maart 1957 en 31 december 1957 | 57,6 | 144 | 201,6 |
Opbouwen vakantie
Werknemers die geheel of gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn bouwen volledig wettelijke
vakantie-uren op.
Bij gehele of gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid, bouwt de werknemer de eerste 26 weken
volledig bovenwettelijke uren op. Na 26 weken arbeidsongeschiktheid bouwt de
werknemer alleen bovenwettelijke vuren op over de uren dat werknemer
arbeidsgeschikt is.
De vakantieopbouw wordt niet onderbroken gedurende de tijd waarin de afgesproken arbeid niet:
– kan worden verricht, omdat de werknemer onderricht volgt waartoe hij door de werkgever
in het kader van een leerovereenkomst in de gelegenheid wordt gesteld;
– kan worden verricht buiten de schuld van de werknemer, om een andere reden dan
bovengenoemd en anders dan door ziekte, zonder verbreking van het dienstverband.

Opnemen vakantie
Werknemers mogen zelf bepalen in welke volgorde hun wettelijke, bovenwettelijke en/of resterende vakantie-uren worden afgeschreven. Werkgever en werknemer streven ernaar dat
de werknemer de wettelijke uren opneemt in het jaar waarin zij zijn opgebouwd.
Het opnemen van bovenwettelijke uren gebeurt bij arbeidsongeschikte werknemers
de eerste 26 weken volledig. Het opnemen van bovenwettelijke uren gebeurt bij
arbeidsongeschikte werknemers na 26 weken naar rato van het aantal uren dat werknemer
arbeidsgeschikt is.
Collectieve vakantie
De werkgever kan na overleg met de ondernemingsraad of de werknemers maximaal 3 dagen
aanwijzen als verplichte collectieve vakantie. De verplichte collectieve vakantiedagen worden
uiterlijk in januari van het betreffende kalenderjaar vastgesteld en bekendgemaakt.
Artikel 7.6 Verrekening bij einde dienstverband
Bij het einde van de arbeidsovereenkomst worden de vakantie-uren die te veel zijn opgenomen
of niet zijn opgenomen, verrekend met het salaris, tenzij werkgever en werknemer hierover
schriftelijk andere afspraken hebben gemaakt.
Voor meer informatie kun je terecht op de website van CAO woondiensten 2024 – 2025
Lees hier het laatste nieuws en ontwikkelingen.